20 synonimy znalezione w 5 grupach
  1. 1
    Znaczenie: uithollen
    aantasten aanvreten ondergraven uitkleden afzwakken
  1. 2
    Znaczenie: beroven
    plunderen uitkleden uitschudden
  2. 3
    Znaczenie: afzetten
    kaalplukken oplichten uitknijpen uitschudden uitkleden
  3. 4
    Znaczenie: ontkleden
    ontkleden uitkleden
  4. 5
    Znaczenie: aantasten
    aanvreten afzwakken ondergraven uitkleden uithollen

uitkleden Synonimy - Niderlandzki wyrazy spokrewnione z uitkleden

Synonimy przed i po uitkleden

  • uitjouwen
  • uitkafferen
  • uitkammen
  • uitkauwen
  • uitkeren
  • uitkering
  • uitkienen
  • uitkiezen
  • uitkijk
  • uitkijken
  • uitkleden
  • uitkloppen
  • uitknijpen
  • uitknobbelen
  • uitkomen
  • uitkomen op
  • uitkomen tegen
  • uitkomen voor
  • uitkomst
  • uitkramen
  • uitlaat